Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
46 Cards in this Set
- Front
- Back
- 3rd side (hint)
Definitie van glaucoom |
Glaucoom is een groep van ziektes die gepaard gaan met: - neuroretinale rim erosie (vd oogzenuw) - karakteristiek visueel veld defect - al dan niet verhoogde oogdruk |
|
|
Glaucoom Triad |
1. beschadiging oogzenuw 2. Gezichtsveld defect - horizontale middellijn 3. oogdruk - al dan niet verhoogd |
|
|
Risicofactoren glaucoom |
1. IOP = inter-ocualaire druk (veranderd in de loop vd dag) 2. glaucoom in de familie 3. leeftijd 4. ras 5. hoge myopie en hypermetropie, hypertentie |
|
|
Fysiologie kamerwater |
1. geproduceerd in corpus ciliairis 2. stroomt via pupil in voorste oogkamer 3. afvoer vind plaats in kamerhoek via filtersysteem (trabekelsysteem) -> kanaal van Schlemm -> bloedbaan 4. Hoogte van oogdruk afhankelijk van aanmaak + afvoer kamerwater |
|
|
Oogdruk (IOP) |
Kamerwater (voeding cornea en lens) -> oogdruk (oog wordt op spanning gehouden) -> afvoerkanaaltjes vernauwen of verstoppen -> oogdruk stijgt (>21mmHg) -> cellen van optische zenuw sterven af |
|
|
Verschillende soorten Tonometrie |
- Applanatie tonometrie -> standaardopp. hoornvlies afplatten meet zeer nauwkeurig. verdoving + fuoresceine - Non-contact tonometrie -> kleine hoeveelheid lucht wordt tegen cornea geblazen makkelijk, geen verdoving nodig. Minder betrouwbaar -> meet meestal te hoog. Neem gemiddelde van 3 metingen - Tonopen draagbare contact tonometer. Verdoving nodig -> lage druk overschat, te hoge druk onderschat. nauwkeurige testen voor oedemateuze cornea's en bandage contactlenzen. - |
|
|
Tonometrie (evaluatie waardes) |
- meting van oogdruk wordt beinvloed door dikte van de cornea dunne cornea's geven lage drukwaardes - oogdruk varieert doorheen de dag: s'morgens het hoogst s'avonds het laagst grote fluctatie = risico voor glaucoom (>4) verschil metingen doorheen de dag (min. 4) Normale druk = tss 16 en 22 mmHg Assymmetrie > 2mmHg => oogarts |
|
|
Gezichtsvelddefect |
- evalueert nervus opticus - elke ziekte die oogzenuw aantast resulteert in gezichtsvelddefecten - Soorten: Statisch -> vaste lichtbron (humphrey, FDT) Dynamisch -> bewegende lichtbron (Goldman) - Confrontatietest |
|
|
Normale gezichtsveld (in graden) |
60 graden -> superior 60 graden -> nasaal 75 graden -> inferieur 110 graden -> temporaal |
|
|
Fixatieverlies |
aantal keren dat patient wegkijkt van centrale doelstelling -> getest door aantal keer stimuli op blinde vlek te stimuleren Norm <20% |
|
|
Valse positieven |
aantal keren dat persoon drukt op knop zonder dat er een stimuli aangeboden wordt (trigger happy) Norm: <33% |
|
|
Valse negatieven |
word geregisteerd als patient eerste x niet op stimuli reageert en bij 2de x vervolgens wel Norm < 33% |
|
|
Typisch glaucoom gezichtsvelddefecten |
- nasal step - paracentral scotoma - arcuate scotoma (boog of Bjerrum scotoom) - island of vision remaining in late stadium = tunnelzicht |
|
|
ISN'T rule |
I = inferior S = superior N = nasaal T = temporaal Geeft aan hoe de nervus opticus er in een normaal oog uit zou moeten zien. Normaal gezien moet de neuro-retinal rim inferior het dikste zijn en temporaal het dunst. Bij glaucoom ziet men verticale verdunning met atrofie aan superior en inferior rim. Dus als de nervus opticus de isn't rule niet volgt kan dat een indicatie voor glaucoom zijn. |
|
|
Oogzenuw (Papil) |
- vorm, kleur - Papil holte = geen zenuwvezels = cup rand = wel zenuwvezels = rim C/D ratio = diameter excavatie / diameter pupil |
|
|
Geef de antwoorden die bij kruisjes horen te staan |
Afbeelding 1: - normale oogzenuw - c/d 0.2 - laag niveau glacoom vermoeden Afbeelding 2: - rim is verdund - c/d 0.7 - gemiddeld niveau glaucoom vermoeden Afbeelding 3: - zeer dunne rim tissue - c/d 0.9 - peripapillaire atrofie superior - hoog niveau glaucoom vermoeden |
|
|
Geef C/D ratio voor 2 afbeeldingen |
1. c/d 0,4 -0,5 2. c/d 0.9 |
|
|
Geef c/d ratio |
1. 0,7 2. 0,8 3 0,9 |
|
|
Is dit een normale oogzenuw? Geef 2 redenen |
1. volgt de isn't rule 2. c/d ratio 0.7 bijkomende onderzoeken nodig -> gezichtsveld onderzoek + oogdruk |
|
|
Glaucomateuze oogzenuw (kenmerken) |
- disk assymmetrie (verschil tss 2 oogzenuwen) - focal notching (focale atrofie van de zenuwvezels) - peripapillaire atrofie (bleekheid rondom) - vessel baring (zwevende ader) - bayoneting (bloedvat verdwijnt onder rim van rand) - splinterbloedingen - papilexcavatie (ISNT rule) |
|
|
Doel van glaucoom behandeling en soorten behandeling |
Afremmen + stoppen gezichtsvelduitval Oogdruk verlagen: - aanmaak kamerwater te remmen - afvoer kamerwater te verbeteren - druppelbehandeling - laserbehandeling - chirurgie therapietrouw! educatie is sleutel tot succes Standaard: 1 druppel Voeg 2de druppel toe (ev. 3e druppel) Laser en medicatie Filteroperatie |
|
|
Soorten Laserbehandeling/operatie |
- Laseriridotomie (gaatje in iris met YAG laser) - Lasertrabeculoplastic (Argon laser vergroot openingen filtersysteem) Operatie Trabeculectomie (filteroperatie -> met eigen weefsel wordt filter gemaakt) |
|
|
Laseriridotomie |
- pijnloos - acuut gesloten hoek glaucoom - gaatje in regenboogvlies met YAG laser, meestal in beide ogen |
|
|
Trabeculoplastie |
- vergroot openingen in filtersysteem met Argon laser - Bevordert afvoer van kamerwater - chronische open hoek glaucoom, secundair glaucoom - pijnloos |
|
|
Trabeculectomie |
= operatie - filteroperatie - vergroot afvoer van kamerwater - duurt 20 a 30 minuten - tot twee weken nadien wazig zicht - filter onder bovenste ooglid na de operatie - vochtblaasje onder bovenste ooglid na de operatie |
|
|
Druppelbehandeling: Verminderen de productie van kamerwater |
- betablokkers - koolzuuranhydrase-remmers - alpha 2 agonisten |
|
|
Druppelbehandeling: stimuleren afvoer van kamerwater |
- Prostaglandins - adrenerge agonisten - miotica |
|
|
Betablokkers |
- Oogdruppels - Eerstelijn medicatie - Verminderd IOP 30% - Werkingmechanisme = daling van productie kamerwater - Nevenwerkingen: Oculair = mild (droge ogen en wazig zicht) Systematisch = zelden maar zeer erg -> hypotensie, broncospasme, misselijkheid, buikkrampen - contra-indicaties: COPD, CHF (hartfalen) - Timolol, betaxolol, levobonulol - Gesloten hoek glaucoom - 1x per dag (smorgens) |
|
|
Koolzuuranhydrase-remmers (CAI) |
- oogdruppels en pillen - verminderd IOP met 50% (oraal) - 20% (topicaal) - Werkingsmechanisme = afremmen productie kamerwater - Nevenwerkingen: Tintelingen in handen en voeten Maagklachten - contra-indicaties: nierziekte en leverziekte - Acetazolamide, dorzalamide, brinzolamide - Gesloten hoek glaucoom |
|
|
Alpha 2 agonisten |
- Vermindert IOP met 20-25% - Werkingsmechanisme: afremmen productie kamerwater - Nevenwerkingen: Rood oog, wazig zicht, hoofdpijn, vermoeidheid Soms droge ogen, droge huid - Brimonidine, apraclonidine |
|
|
Prostaglandins |
- Vermindert IOP met 20-30% - Werkingsmechanisme: stijging afvoer v kamerwater - Meest effectieve anti-glaucoom medicatie - Nevenwerkingen Rood oog, kleur van iris veranderen - contraindicaties: recente cataract operatie - latanoprost, bimatoprost, travaprost |
|
|
Adrenerge agonisten |
Werkingsmechanisme - stijging afvoerkamerwater - daling productie kamerwater Nevenwerkingen soms brandend gevoel, mydriasis Contra-indicaties nauwe kamerhoek glaucoom Epinefrine, dipivefrine |
|
|
Miotica |
- vermindert IOP met 20-30% - werkingsmechanisme: stijging afvoer v kamerwater - zelden systematische nevenwerkingen, vaak oculaire nevenwerkingen (hoofdpijn) - contra-indicaties: nauwe kamerhoek glaucoom, hoge myopie - pilocarpine, pilogel |
|
|
Combinatie van middelen |
Cosopt = dorzolamide/timolol Combigan = brimonidine/timolol Xalacom = Latanoprost / timolol Duotrav = Travoprost / timolol |
|
|
Soorten glaucoom |
- congenitaal glaucoom - gesloten hoekglaucoom - openhoek glaucoom Primaire open hoek glaucoom: oculaire hypertentie normale druk glaucoom Secundaire open hoek glaucoom: pigment dispersie pseudo-exfoliatie neovasculair inflammatoir |
|
|
Congenitaal glaucoom |
- ontwikkelingsstoornis kamerhoek bij de geboorte - afsluiting afvoerkanaal door verkeerd aangelegd weefsel - genetisch bepaald + erfelijk - Kenmerken: troebele cornea (oedeem) bufthalmus (koeienogen) scheurtjes in Descemetmembraan (Haab straie) lichtschuw, tranende ogen - vroegtijdig behandelen (trabeculotomie, trabeculectomie |
|
|
Gesloten hoek glaucoom |
- afvoer kamerwater geblokkeert door afsluiting van trabeculum - zeer zeldzaam -> zeer drastisch - Plotse oogdruk verhoging -> veel pijn, misselijkheid en braken - Kan op enkele dagen leiden tot volledige blindheid - vooral in ogen met ondiepe oogkamer - vaak bilateraal, acuut -> unilateraal - risicofactoren: Leeftijd (60j) Familiale historiek -> smalle voorkamer Ras (Zuid-Oost aziaten, chinesen, eskimo's, minder donker ras) Sommige medicatie: parkinson, depressie, verkoudheid, diarree |
|
|
Kenmerken + therapie Gesloten hoek glaucoom |
Kenmerken - subacuut -> lichte hoofdpijn, halo's (cornea oedeem) - acuut: enorme hoofd en oogpijn met misselijkheid en braken visusdaling en halo's meestal unilateraal rood oog (conjunctivaal, corneale injectie) pupil -> ovaal in verticale richting Therapie acuut: druk verlagen acetazolamide IV mioticum pijnstillers (1u liggen) indien druk hoger dan 35mmHg -> oraal glycerol of mannitol IV definitief: laser iridotomie |
|
|
Primaire openhoek glaucoom |
- AFVOER van kamerwater belemmerd -> openingen in filtersysteem zijn verstopt - chronische glaucoom - treedt meestal op bij mensen > 40 jaar - gewoonlijk bilateraal, niet altijd symmetrisch - risicofactoren: ras (donker), leeftijd, familiale geschiedenis, diabetes, myopie, netvliesaandoeningen Kenmerken - IOP > 21mmHg (fluctaties doorheen de dag) - Glaucomateuse oogzenuw -> pupilexcavatie, disk assymmetrie - GV -> nasal step of paracentrale scotomen die evolueren in een arcuate scotoom Therapie - Doel IOP opstellen - Medicatie: start met 1 drug en controleer IOP na vier weken - Monitor: 1 maand, dan 3/4 maanden, jaarlijks -> gezichtsveld - Heelkunde: lasertrabeculoplastie (vergroot openingen in filtersysteem) trabeculectomie (filter gemaakt met eigen weefsel) |
|
|
Oculaire hypertensie |
Vorm van openhoek glaucoom - verhoogde oogdruk zonder oogschade - IOP hoger dan 21mmHg op 2 verschillende tijdstippen - Grote kans dat glaucoom in de toekomst ontstaat - Belangrijkste risicofactoren: ras IOP dikte hoornvlies Fhx leeftijd myopie vaatziekten |
|
|
Normale druk glaucoom |
Vorm van primaire open hoek glaucoom - oogdruk lager dan 21 mmHg - verminderde doorbloeding van oogzenuw - risicofactoren: leeftijd, Fhx, vrouwen>mannen, hart- en vaatziekten. Kenmerken: - IOP < 21 mmHg : fluctaties doorheen de dag - Glaucomateuse oogzenuw -> excavatie van papil, splinterbloedingen - GV -> nasal step of paracentrale scotomen die evolueren in een arcurate scotoom Behandeling GV elke 4-6 maanden om progressie in kaar te brengen Medicatie: betaxolol Trabeculectomie (filteroperatie) |
|
|
Pigment dispersie syndroom |
Secundair open hoek glaucoom
- Iris verliest pigmentkorrels (door het schuren ervan tegen de ooglens) die afvoerkanaaltjes verstoppen - Vaak bilateraal - Vooral blanke mannen, myopen, familiaal, donker ras
Kenmerken: - midperifere iris transilluminatie defect -> doorschemerend irisopp. zichtbaar met terugvallend licht (pigmentepitheel defecten in de iris) - krukenberg spindle -> afzetting pigment op cornea - chocolade pigment op trabekelsysteem - fundus: lattice degeneratie = slangenspoor - netvliesloslating
Behandeling pigment dyspersie glaucoom - zoals primair open hoek glaucoom - Trabeculoplastie (alt laser maar niet blijvend 2-10 jaar) - Laseriridotomie - Trabeculemtomie (niet reageren op meds en trabeculoplastie) |
|
|
Pseudo-exfoliatie syndroom (PEX) |
Secundair openhoek glaucoom - afschilferend lensmateriaal = BULLSEYE verstoppen afvoerbuisjes - unilateraal of bilateraal, indien unilateraal dan risico syndroom te ontwikkelen in ander oog - Vooral in scandinavie (vrouwen>mannen) Kenmerken: - moth-eaten iris transilluminatie defect aan pupilrand - deposities van wit schilferend exfoliatief materiaal (PEX) aan pupilrand en op voorste lens oppervlak (BULLSEYE) - brown sugar pigment op trabekelsysteem Behandeling: - zoals POAG maar reageert minder goed op meds - trabeculoplastie: alt laser maar niet blijvend - trabeculectomie |
|
|
Neovasculair glaucoom |
SOAG - Kamerwater wordt geleidelijk aan volledig afgesloten door een fibrovasculair membraan waardoor zeer hoge druk ontstaat - Glaucoom tgv het ontstaan van slechte bloedvaten -> irisneovascularisatie of rubeosis iritis - Na bv trombose retinale ader, diabetes (>10jaar) - Door zuurstoftekort thv netvlies ontstaat neovascularisatie die afvoerbuisjes kunnen verstoppen Kenmerken: - rubeosis iridis = irisneovascularisatie - secundair open hoek glaucoom - secundair gesloten hoek glaucoom Behandeling: aanmaak slechte bloedvaten stopzetten door laser netvlies (panretinale photocoagulatie, netvliesoperatie) |
|
|
Inflammatoir glaucoom |
SOAG Glaucoom tgv ontstekingsreactie in het oog Ontstekingscellen verstoppen afvoerkanaaltjes Behandeling: ontstekingsreactie onderdrukken, IOPs drugs |
|
|
Verschillen pigment dispersie syndoorm en pseudo-exfoliatie syndroom |
Pigment dyspersie; - midperifeer iris transilluminatie defect - Krukenberg spindle
Pseudo-exfoliatie syndroom - Bullseye Moth-eaten Iris transilluminantie defect aan pupilrand |
|