Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
79 Cards in this Set
- Front
- Back
Resultatenrekening |
heeft het bedrijf het goed gedaan (winst versus verlies) |
|
Liquiditeitsoverzicht |
hoeveel geld heeft de onderneming |
|
Vaste activa |
pand, inventaris, transportmiddelen |
|
Vlottende activa |
voorraden, debiteuren(krijg je geld van) |
|
Liquide middelen |
kas. bank |
|
Eigenvermogen |
aandelenkapitaal, winst voorgaande jaren, reserves |
|
Lang vreemd vermogen |
hypotheeklening |
|
Kort vreemd vermogen |
rekening courantenlening bank, crediteuren, te betalen belasting, te betalen lonen |
|
Doel van een balans |
bepaling van de waarde van een bedrijf |
|
Waar is de waarde van een balans te vinden |
in de vaste en vlottende activa |
|
Op welke wijze is een waarde gefinancieerd |
met eigen vermogen en lang en kort vreemd vermogen |
|
Resultatenrekening min opbrengsten |
transacties/verkoop moment |
|
Resultatenrekening min kosten |
verbruik van productie middelen |
|
Liquiditeitsoverzicht min uitgaven |
gedane betalingen |
|
Opbrengsten zijn geen |
ontvangsten |
|
Ontvangsten zijn geen |
opbrengsten |
|
Kosten zijn geen |
uitgaven |
|
Uitgaven zijn geen |
kosten |
|
Waarom afschrijven |
bedrijfsmiddel wat je jaren gaat gebruiken, kosten niet in 1 keer (jaar) want opbrengst zijn ook niet in 1 (jaar) keer binnen. |
|
Afschrijvings bedrag is |
aanschaf min restwaarde |
|
Afschrijvingsperiode zij |
technisch levensduur en economische levensduur |
|
Technische levensduur |
(langste) hoe lang kan het technisch mee |
|
Economische levensduur |
(kotrste) wanneer wil je zelf een nieuwe |
|
Waardevermindering technische levensduur |
snelheid technische ontwikkeling, veroudering |
|
Complementaire kosten (Total cost of ownership) |
Alles kosten die te maken hebben met het in bezit hebben en gebruik maken van een duurzaam productiemiddel |
|
Rentekosten |
de finaciering van je kort lopende schulden |
|
Aflossing staat NIEt op de |
resultatenrekening |
|
Aflossing staan WEL op de |
balans |
|
Operationele leasing |
vorm van huur, als je niet iets voor een korte periode (in relatie tot de levensduur) nodig hebt |
|
Financial leasing |
koop met lening (afbetaling) |
|
Veiligheidsmarge |
geeft aan hoeveel de afzet of omzet nog mag dalen voordat het break even punt bereikt wordt. |
|
De veiligheidsmarge kan weergeven worden in |
hoeveelheden(afzet), in geldbedragen(omzet) of in procenten |
|
Differentiële kostprijs is |
eenmalige opbrengsten ÷ afzet |
|
Waarom differentiële kostprijs |
constante kosten zijn al gedekt deze periode, extra te maken kosten als overweging |
|
Wanneer differentiele kostprijs |
alleen indien de bestaande capaciteit toereikend is |
|
Directe kosten |
zijn kosten waarvan duidelijk is bij welk product/dienst ze horen |
|
indirecte kosten |
zijn kosten die NIET zijn toe te rekenen aan een product/dienst. Deze kosten worden weer voor het bedrijf in het algemeen gemaakt (overheadkosten), bijvoorbeeld het loon van de medewerkers
|
|
Nettowerkkapitaal |
vlottende - kort vreemd vermogen |
|
Current ration |
vlottende ÷ kort vreemd vermogen |
|
Quick ratio |
vlottende - voorraden ÷ kort vreemd vermogen |
|
Debt ratio |
vreemd vermogen ÷ totaal vermogen |
|
Lineair afschrijven |
aanschafwaarden - restwaarde ÷ restwaarde |
|
Vast percentage van de boekwaarde |
bepaal een vast percentage waarmee je gaat elk jaar gaat afschrijven |
|
Sum of Year digits (SYD) |
afschrijving dat jaar is: jaar/SYD x bedrag |
|
Break even afzet |
totale constante kosten ÷ (prijs-variabele kosten) |
|
Dekkingsbijdrage |
prijs - variabele kosten |
|
Veiligheidsmarge in hoeveelheden |
werkelijke afzet - break even afzet ÷ werkelijk afzet x 100 .... |
|
Veiligheidsmarge in geldbedragen |
werkelijke omzet - break even omzet ÷ werkelijke omzet x 100 ..... |
|
Veiligheidsmarge in procenten |
werkelijk afzet (omzet) - break even afzet (omzet) x 100% ...... |
|
Integrale kostprijs wanneer variabel per eenheid aanwezig is |
Totale constante kosten ÷ normale bezetting + variabel |
|
Integrale kostenprijs wanneer variabel niet aanwezig is |
Totale constante kosten ÷ normale bezetting + totale variabele ÷ werkelijke bezetting |
|
Bezettingsresultaat positief (winst) |
werkelijke bezetting is groter dan normale bezetting |
|
Bezettingsresultaat negatief (verlies) |
werkelijke bezetting is kleiner dan normale bezetting |
|
Verkoopresultaat |
(prijs - IKP) x werkelijke afzet |
|
Nettowinst |
Verkoop + bezettingsresultaat |
|
Differentiële kostencalculatie |
extra kosten ÷ extra afzet + variabele kosten |
|
Primitieve opslagmethode |
indirect ÷ direct x 100 % |
|
Balans |
hoeveel is een bedrijf waard? (bezittingen versus schulden) |
|
Prijsdifferentiatie |
is het hanteren van verschillende verkoopprijzen voor identieke producten met in feite ongelijke kostprijzen |
|
De normale productie |
is de productie die, gemiddeld gezien gedurende een reeks van jaren wort verwacht |
|
Een bezettingsverlies |
is het deel van de vaste kosten dat niet gedekt wordt of doorberekend is omdat de werkelijk bezetting lager is dan de normale bezetting |
|
De integrale kostprijs |
wordt ook wel absorption costing |
|
Bij direct costing |
worden alleen de vaste kosten aan de producten toegekend |
|
Normale bezetting |
verstaat men de gemiddelde verwachte capaciteitsbezetting voor de eerstkomende jaren |
|
Bezettingsverlies |
is het verschil tussen begrote en werkelijke vaste kosten als gevolg van een hogere bedrijfsbezetting |
|
Differentiële kosten per eenheid |
zijn de gemiddelde kosten per product van de productietoename |
|
De kostprijs |
ook wel de voorcalculatorische kostprijs genoemd |
|
Wat is de betekenis van een positieve dekkingsbijdrage |
dat de vaste kosten in ieder geval gedekt zijn |
|
wat wordt er verstaan onder het begrip 'integrale kostprijs' |
de vaste en variabele kosten per eenheid product |
|
Een voorbeeld van variabele kosten zijn |
grondstofkosten |
|
Het kenmerk van directe kosten zijn |
dat ze rechtstreeks toewijsbaar zijn aan eindproducten |
|
Wat houdt kostprijscalculatie door middel van de opslagmethode in |
dit houdt in dat de directe kosten worden verhoogd met een opslag voor indirecte kosten |
|
Wat wordt er verstaan onder afschrijvingen |
de waardevermindering van vaste activa |
|
Vlottende activa |
gaan gemiddeld een jaar mee |
|
Wat wordt verstaan onder het begrip 'differentiële" kosten per eenheid |
de gemiddelde extra kosten per product |
|
Wat houdt kostprijscalculatie door middel van de opslagmethode in |
de directe kosten worden verhoogt met een opslag voor indirecte kosten |
|
Welk afschrijvingssysteem leidt tot jaarlijkse dalende afschrijvingen |
een vast percentage van de boekwaarde |
|
Welk afschrijvingsyssteem leidt tot jaarlijkse dezelfde afschrijving |
een lineair afschrijvingssysteem |
|
Het break-evenpoint is rechtstreeks afhankelijk van de volgende variabelen |
de verkoopprijs van het product / de dienst, de totale constante kosten, de variabele kosten per product/dienst |