Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
28 Cards in this Set
- Front
- Back
Inleiding en casuïstiek
Astmacentrum Heideheuvel is een landelijk centrum voor onderzoek en behandeling van kinderen en volwassenen met |
allergie, astma, Chronic Obstruetive Pulmonary Disease (COPD) en andere chronische (luchtweg)aandoeningen.
Samen met het Nederlands Astmacentrum Davos en Astma Behandelcentrum Salem te Ermelo maakt het deel uit van de Koepel Behandelcentra Chronisch Zieken (KBCZ).
Er is een polikliniek, met mogelijkheid tot deeltijdbehandeling, en een afdeling voor klinische behandeling. De totale opnamecapaciteit is 99 bedden.
|
|
|
consultatie en op wetenschappelijk onderzoek. |
|
11.2 De plaats van Heideheuvel in de gezondheidszorg
Astma en COPD komen naar schatting voor bij tien procent van de bevolking. De verwachting is dat dit percentage de komende jaren toeneemt .
Zeventig tot tachtig procent van de patiënten wordt behandeld door de huisarts, de overigen in |
de tweede lijn.
Slechts een heel klein gedeelte daarvan wordt vervolgens doorverwezen naar de derde lijn. Ter illustratie: per jaar worden 180 kinderen klinisch behandeld in de astmacentra. |
|
In de eerste lijn wordt ernaar gestreefd met behulp van medicatie en leefregels een |
normale - of voor de individuele patiënt maximaal haalbare - luchtwegdoorgankelijkheid te realiseren en de kwaliteit van leven te behouden . |
|
Gezien de chroniciteit van de aandoening en de aard van de behandeling ligt de
De arts behandelt de aandoening, geeft informatie en coacht de patiënt; de patiënt zoekt naar manieren om de adviezen toe te passen in het dagelijks leven.
Dit vereist een
|
goede communicatie en onderling vertrouwen.
In veel gevallen lukt dit en is deze behandeling voldoende om naar tevredenheid te kunnen functioneren: het adaptatieproces slaagt. |
|
Indien dit niet het geval is en de klachten ondanks adequate medische behandeling blijven terugkeren en de kwaliteit van leven vermindert, is ondersteuning van het adaptatieproces nodig. het kan door middel van individuele begeleiding, bijvoorbeeld door een klinisch psycholoog in de tweede lijn, maar ook met behulp van zogenoemde zelfmanagementprogramma's (Colland, 1990; Van Es, 1999; Nationale Commissie Chronisch Zieken, 1995; Vromans, 1990).
Dergelijke programma's worden groepsgewijs aangeboden en richten zich op |
kennis over de aandoening en de behandeling ervan, op het aanleren van vaardigheden om de behandeling uit te kunnen voeren (bijv. medicatie-inhalatietechniek) en het versterken van de motivatie om deze vaardigheden ook daadwerkelijk toe te passen. |
|
Enkele van deze programma' s bevatten psychotherapeutische elementen, afkomstig uit de (cognitieve) gedragstherapie en kortdurende gestructureerde psychotherapie (Deenen, 1996).
In dat geval spreekt men van
|
psycho-educatieve trainingen. De effectiviteit van dergelijke programma's is wetenschappelijk onderzocht in het licht van het terugdringen van medische consumptie en verbetering van kwaliteit van leven.
|
|
Binnen de derdelijnszorg maken dergelijke programma 's integraal deel uit van de behandeling. Verwijzing naar de derde lijn vindt plaats indien sprake is van |
complexe problematiek (Maes, 1993),
|
|
De wijze waarop het adaptatieproces vorm heeft gekregen, heeft dan geleid tot nadelige gevolgen op meerdere levensgebieden:
|
lichamelijk, psychisch en sociaal.
Vaak is een negatieve spiraal ontstaan en leiden de ontstane problemen er op hun beurt toe dat het klachtenpatroon in stand blijft of zelfs verergert.
Er is sprake van een vaak langdurige en ernstige verstoring van het biopsychosociaal evenwicht, waarbij oorzaak en gevolg niet goed meer te onderscheiden zijn. Om die reden is de behandeling in het astmacentrum multidisciplinair en integraal. |
|
11.3 De primaire taken van Heideheuvel
Heideheuvel richt zich vooral op onderzoek en behandeling van patiënten met chronische luchtwegklachten bij wie, ondanks intensieve begeleiding in |
eerste en tweede lijn, geen bevredigende oplossing wordt bereikt en complexe problematiek wordt verondersteld. |
|
Gegeven de aard van de problematiek is het behandelteam multidisciplinair samengesteld.
Kenmerkend voor Heideheuvel is voorts |
de nauwe medewerking met de patiënt en direct betrokkenen .
De behandeling richt niet alleen op een goede medicamenteuze ondersteuning , maar ook
op het terug dringen van de negatieve gevolgen op de verschillende levensgebieden, op positieve beïnvloeding van het adaptatieproces, vooral de verzelfstandiging van de patiënt in het hanteren van zijn ziekte, en het zoeken naar een hernieuwd levensperspectief.
Uiteindelijk doel van de behandeling is steeds verbetering van de kwaliteit van leven. |
|
De expertise die is ontwikkeld bij het leveren van deze specialistische zorg, wordt aangewend voor twee andere kerntaken van Heideheuvel:
|
Heideheuvel stelt zich tot doel de verworven kennis en expertise beschikbaar te maken voor behandelaars uit de eerste en tweede lijn, zowel op het niveau van de individuele patiënt (consultatie) als door middel van voorlichting en kennisoverdracht.
Het wetenschappelijk onderzoek is erop er op gericht de effectiviteit van bestaande behandelmethoden te evalueren, deze waar nodig te verbeteren en nieuwe methoden te ontwikkelen. |
|
Heideheuvel stelt zich tot doel de verworven kennis en expertise beschikbaar te maken voor behandelaars uit de eerste en tweede lijn, zowel op het niveau van de individuele patiënt (consultatie) als door middel van voorlichting en kennisoverdracht.
Het wetenschappelijk onderzoek is erop gericht |
de effectiviteit van bestaande behandelmethoden te evalueren, deze waar nodig te verbeteren en nieuwe methoden te ontwikkelen. |
|
Behandelaanbod
- p
|
|
|
De klinische afdelingen voor observatie en behandeling van kinderen en volwassenen vormen de kern van |
de derdelijnszorg. |
|
In globale lijnen is het behandeltraject als volgt.
|
1. Kennismaking en klinische observatie in een leefgroep van maximaal acht personen.
|
|
11.4 Het soort patiënten en hun problematiek - de hulpvraag
Astma en COPD behoren, samen met andere aandoeningen, tot de voornaamste somatische chronische ziekten.
We spreken van een chronische ziekte als:
|
Astma en COPD komen voor bij ongeveer tien procent van de bevolking en ongeveer vijf procent van het aantal sterf gevallen in Nederland is toe te schrijven aan astma en COPD.
Overigens overlijden kinderen zeer zelden aan astma. |
|
|
|
|
Astma is deels genetisch bepaald. De klachten treden vaak al van jongs af aan op, aanvankelijk in de vorm van regelmatig 'vol zitten', vanaf de kleutertijd meer aanvalsgewijs.
|
op oudere leeftijd, in veel gevallen als gevolg van roken. |
|
Naast biologische factoren, dragen ook ……….. bij aan het beloop en de ernst van de ziekte en de gevolgen daarvan voor het dagelijks leven en voor het welbevinden van de patiënt.
|
psychische en omgevingsfactoren bij aan het beloop en de ernst van de ziekte en de gevolgen daarvan voor het dagelijks leven en voor het welbevinden van de patiënt.
Het discontinue karakter versterkt het gevoel van onveiligheid en leidt gemakkelijk tot onbegrip bij de omgeving. De aard van de klachten (piepen, rochelen, hoesten) is onaangenaam voor anderen en geeft vaak aanleiding tot schaamte en verwijt. |
|
De behandeling van het astma bestaat uit medicatie en leefregels gericht op het voorkómen van klachten.
Bij COPD wordt deze behandeling aangevuld met
|
leefregels om verergering van de problematiek te voorkomen.
|
|
De leefregels zijn gericht op de uitlokkende factoren. In een aantal gevallen kan gestreefd worden naar vermijding (bijv. van contact met dieren, of van rokerige ruimtes), maar dit is lang niet altijd mogelijk (bijv. weersomstandigheden), en soms zelf ongewenst.
Zo zijn sommige sociale situaties té belangrijk om uit de weg te gaan (bijv. werk, bepaalde feestelijke gebeurtenissen) of is inspanning juist noodzakelijk om de conditie op peil te houden of zijn emoties (gelukkig) niet te vermijden. Vaak moet dan ook gezocht worden naar mogelijkheden om |
met dergelijke uitlokkende factoren om te gaan. Maar zelfs als de patiënt zich aan al deze voorschriften houdt, zullen de klachten niet verdwijnen.
Een dergelijke chronische aandoening met bijbehorende behandelvoorschriften vraagt derhalve veel van de patiënt en zijn naaste omgeving. |
|
Somatische chronische ziekten in een psychologisch perspectief
Coping (Engels voor 'omgaan met' of 'het hoofd bieden aan') verwijst naar |
het proces waardoor een persoon door middel van actie of gedachten de invloed van een stressbron op het eigen welbevinden tracht te reguleren.
Copinggedrag kan zeer uiteenlopend zijn en van persoon tot persoon sterk verschillen. Factoren |
|
|
|
|
11.5 De verwijzing en doorverwijzing van patiënten
Heideheuvel is een van de vijf astmacentra in Nederland en in Nederland het enige speciaal gericht op kinderen.
Verwijzing vindt vrijwel uitsluitend plaats vanuit de |
tweede lijn (het algemene ziekenhuis, door longarts of kinderarts), wan neer er, ondanks intensieve medische behandeling, klachten blijven optreden en/of zich op andere levensgebieden problemen voordoen.
|
|
Doorgaans is er sprake van complexe problematiek.
De behandeling in Heideheuvel vormt een fase in |
het soms levenslange traject van behandeling van de chronische aandoening.
Na behandeling wordt de patiënt weer overgedragen aan de verwijzer, soms tegelijk met verwijzingen naar andere hulpverlenende instellingen. |
|
11.6 De specifieke taken en werkzaamheden van de psycholoog op Heideheuvel
De psychologen hebben taken op verschillende niveaus van de instelling, gerangschikt van specifiek naar algemeen:
1 het niveau van de directe patiëntenzorg:
|
1 het niveau van de directe patiëntenzorg:
• methodiekontwikkeling.
|
|
Trends en nieuwe ontwikkelingen
Naast patiënten met astma en COPD worden ook patiënten met andere luchtweg aandoeningen behandeld op Heideheuvel.
• Op de Kinderafdeling is • Op de afdeling Volwassenen • Gezien de gebleken werkzaamheid van het (ped)agogische leefklimaat bij patiënten met complexe problematiek wordt momenteel onderzocht of de behandel filosofie |
• Op de Kinderafdeling is in samenwerking met Universitair Medisch Centrum Utrecht (locatie Wilhelmina Kinderziekenhuis) een klinisch trainingsprogramma ontwikkeld voor kinderen met cystische fybrose. Gedurende drie maanden verblijven deze kinderen in een behandelgroep en wordt er gewerkt aan verbetering van de algehele gezondheidstoestand -voor al door medicatie, voeding en bewegingsvaardigheid - en aan verbetering van de beleving en omgang met de aandoening.
|