Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
13 Cards in this Set
- Front
- Back
Marketing |
Alles wat bedrijven doen om hun product te verkopen |
|
Concrete markt |
Hier word op afgesproken tijden goederen verhandeld |
|
Aanbod |
Alles wat producenten te koop aanbieden |
|
Vraag |
Alles wat consumenten willen kopen |
|
Inkoopprijs |
De prijs die een winkelier betaald voor een product, dat hij later wil verkopen |
|
Brutowinstopslag |
Het bedrag dat een winkelier bij de inkoopprijs optelt zodat hij zijn product voor meer geld verkoopt |
|
Verkoopprijs |
Het bedrag waarvoor een winkelier been product verkoopt. INKOOPPRIJS + BRUTOWINSTOPSLAG |
|
Afzet |
Aantal producten dat je verkoopt |
|
Omzet |
De verkoop opbrengst |
|
Btw |
Belasting over toegevoegde waarde |
|
Indirecte belasting |
Belasting die je via de winkelier aan de overheid betaalt |
|
Consumentenprijs |
De prijs die je als consument betaalt VERKOOPPRIJS INCLUSIEF BTW |
|
Nettowinst |
De winst die uiteindelijk overblijft nadat alle kosten betaald zijn |