Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
30 Cards in this Set
- Front
- Back
Benoem de nummers |
1. Foramen magnum 2. Condylioccipitales 3. Protuberantiaexterna occipitale 4. Proc.Mastoïdeus 5. os occipitale |
|
Benoem de nummers |
1. Manubrium sterni 2. Corpus sterni 3. Processus Xiphoideus 4. Incisura clavicularis 5. Incisura jugularis |
|
Benoem de nummers |
1. Caput costae 2. Collum costae 3. tuberculum costae 4. corpus costae 5. angulus costae |
|
|
Benoem 4 kenmerken van de 1e-7e rib |
1. Hebben met het kraakbeen een directeverbinding met het sternum. 2. 7e rib is de grootste rib 3. 2e– 7e rib zit aan corpus sterni 4. Costae verae. De‘ware’ ribben omdat ze vast zitten |
|
|
Benoem 3 kenmerken van de 8e-10e rib |
1. Zitten met het kraakbeen vast aan het kraakbeen van rib 7. 2.Een indirecte verbindingmet het sternum. 3. Costae spuriae. De ‘valse’ribben. |
|
|
Benoem 3 kenmerken van de 11e en 12e rib |
1. Zitten vast aan de wervels, maar niet aan het sternum 2. Costae fluctantes. De ‘zwevende’ ribben. |
|
|
Geef de indeling van de ruggengraat |
|
|
|
Wat is de naam van het ribkraakbeen? |
Cartilago costalis |
|
|
Wat is de functie van de borstkas? |
- Bescherming van de organen - Het in en uit ademen |
|
|
Opvallende kenmerken van C1 --> atlas |
- Kleine proc. spinosi - geen corpus - uitstekende proc. transversi - foramen transversus - foramen vertebrae is groot |
|
|
Opvallende kenmerken van C2 --> Axis |
- Dens maakt gewricht met atlas - heeft foramen transversus - proc. spinosi is gevorkt - hier rotaties komen hier in voor --> 140* (70 links en 70 rechts) |
|
|
Opvallende kenmerken van cervicale wervels |
- C7 heeft een grote proc. spinosus - Cervicale wervels hebben een gevorkte proc. spinosus. Behalve C1 & C7 - Gevorkte proc. Transversus, heeft 2 uitsteeksels àposterior en inferior . (alleen laagcervicaal (C3-C7) - C5 heeft een rechthoekig corpus. Het foramen vertebrale isdriehoekig - Hebben een foramen transversus |
|
|
Wat is het proc uncinati? |
Corpus heeft een inkeping, deze heet het proc. Uncinatus: deze zorgt voor meer stabiliteit aan de cervicale wervels. Dit ontstaat naarmate je ouder wordt, bij je geboorte heb je hem nog niet. |
|
|
Kenmerken thoracale wervels |
- groot corpus - klein foramen vertebralis - Proc. Spinosi gaat schuin naar beneen en ligt dakspansgewijs naelkaar - Proc.transversus zijn naar achteren gedraaid (geen foramen meer aanwezig) - Op het proc. Transversus zit de fovea costalis transversus ( hierhecht het tuberculum van de rib op aan) - Forvea costalis van de corpus inferior en superior ( hier hecht hetcaput van de rib op de wervelkolom aan ) |
|
|
Kenmerken lumbale wervels |
- corpus is groot --> het stuk lichaam daarboven steunt hierop - foramen vertebrae is klein - gewrichtsvlak saggitale vlak --> flexie en extensie - proc. spinosi is groot, plat en wijst naar achter - Proc transversus is hier proc costalis - proc mammillaris (knobbels --> zwarte pijlen) |
|
|
Waar hechten spieren aan vast? |
- Proc spinosus - Proc transversum |
|
|
Wat maken de arcus ventebrae en corpus samen? |
foramen vertebrae |
|
|
Wat zijn alle formaten vertebrae achter elkaar? |
kanalis vertebrae |
|
|
Waaruit bestaat het facetgewricht? |
proc.Articularis inferior en een proc. Articualaris superior. Deze zitten tussen de wervels in. |
|
|
Wat is de naam van de bovenkant van het sacrum? |
Promotorium |
|
|
wat is de naam van de spleet aan de binnenkant van hetos sacrum? |
Faciesauricularis ossis sacri |
|
|
Wat is de naam van de de bobbeltjesdie je voelt als je over je stuitje heen wrijft? |
Tuberositasossis sacri |
|
Benoem de nummers van het pelvis/bekken |
1.tuberositas ( zijn bobbeltjes) iliaca 2.Facies auricularis van het os illium: deze maaktverbinding met facies auricularis van het os sacrum = Het SI gewricht 3a.SIAS 3b.SIAI 3c.SIPS 3d.SIPI 4.Spina ischiadica 5.tuber ischiadicum 6.Symphysis pubica |
|
Benoem de ligamenten |
1) lig.longitudinale anterius 2) lig.longitudinale posterius 3) lig. Intertransversarium 4) lig. Flavum 5) lig.supraspinale 6) lig.Interspinale |
|
|
Wat is de functie van lig. longitudinale anterius? |
remmen extensie |
|
|
Wat is de functie van lig. longitudinale posterius? |
remmen flexie |
|
|
lig. Intertransversarium |
lateroflexie & flexie |
|
|
lig. Flavum |
flexie |
|
|
lig.supraspinale (vanaf C5/C6 naar C1heet hij lig. nuchae) |
remmem flexie |
|
|
lig.Interspinale |
remmen flexie |
